Recent ontmoette ik een oud-klasgenoot. Hij was voor zichzelf begonnen. Toen ik vroeg hoe het ging, antwoordde hij heel enthousiast: ‘Goed: druk, druk, druk!’ Hij maakte heel veel uren, reisde regelmatig naar het buitenland en had amper nog tijd voor andere dingen. Maar dat was nu eenmaal het lot van een zelfstandig ondernemer, zei hij er ook nog achteraan. De man maakte een gelukkige indruk en leek totaal geen probleem te hebben met zijn levenssituatie.

Je hebt het vast zelf ook wel eens meegemaakt: je vraagt aan iemand hoe het gaat en die persoon beantwoordt jouw vraag met: ‘Goed: druk, druk, druk’. Waarom relateren mensen de woorden ‘druk, druk, druk’ vrijwel altijd aan goed? En … gaat het dan écht wel zo goed?

En waarom hoor je eigenlijk nooit iemand zeggen als je vraagt hoe het gaat: ‘Goed: rustig, rustig, rustig’.

Zelf kom ik uit een omgeving (Rotterdam, Westland) waar hard werken en het druk hebben erg wordt gewaardeerd, bijna van je verwacht. Het zit hier min of meer in de genen, in het DNA van de regio, zoals men zegt. Is dat erg? Nee hoor, helemaal niet. Het is natuurlijk hartstikke fijn als je, zeker als je zelfstandig werkzaam bent, voldoende werk hebt en lekker hard kan werken, zodat je niet alleen jezelf en eventueel je eigen familie kan onderhouden, maar soms ook andere gezinnen van een inkomen kan voorzien.

Het wordt echter een probleem als je denkt dat ‘druk, druk, druk’ een logisch, vanzelfsprekend antwoord is op de vraag of het goed met je gaat.

Als je denkt dat ‘druk, druk, druk’ een voorwaarde voor een gelukkig en succesvol leven is. Als je de illusie hebt dat je het alleen maar ‘goed’ doet als je hard en veel werkt, ‘succesvol’ bent en denkt dat je je werk ‘bent’. Als ‘druk, druk, druk’, hard en veel werken dus, voor jou een identiteit wordt. In dergelijke situaties kan hard werken en ‘druk, druk, druk’ stressvol worden, zorgelijk en op termijn heel pijnlijk, tot aan je eigen ondergang aan toe.

Het gevaar voor deze ‘identificatie met werk’ bestaat met name op plekken waar ‘hard werken’ (wat dat overigens ook mag betekenen) als normaal, als de norm en/of standaard wordt gezien. Waar je wordt ‘afgerekend’ en gewaardeerd op wat je doet en niet op wat je niet-doet. Het is in dergelijke omgevingen vaak de mores van de groep die mensen dan bijna dwingt (niet letterlijk, maar je ervaart het zo) om ook mee te doen. Want ja, je wilt er natuurlijk wel bij horen, je niet hoeven schamen en als zwak overkomen, je niet buitengesloten voelen. Je hebt immers een imago, een status hoog te houden. Je bent van die of die familie, je komt uit dat en dat gezin, woont in díe omgeving; daarin is het usance om succesvol te zijn en hard te werken. Dus … doe je mee; je wilt jezelf en met name ook al die anderen uit jouw inner circle natuurlijk niet teleurstellen.

Maar … wat als jij anders bent? Wat als het harde werk zijn tol begint te eisen? Wat als jij je niet (meer) prettig voelt in die vaak masculiene, macho arbeidscultuur?Wat als je niet meer aan de groepsdruk wilt of kán voldoen? Wat als je zakelijk níet zo succesvol bent? Wat doe je dán? Ga je dan toch door omdat je bang bent dat mensen een negatief beeld over je ontwikkelen of kies je voor jezelf? In het laatste geval: trap je dus op de rem en luister je naar wat het leven jou te vertellen heeft? Luister je naar de kleine duwtjes die het leven jou geeft of blijf je maar de andere kant op rennen, tegen de zin van het leven in? Het is aan jou om dit te beslissen.

Kies je voor jezelf, en dat doen met name mensen die voldoende zelfliefde en bewustzijn hebben ontwikkeld en zich niet identificeren met hun ‘vorm’, dan is de kans groot dat je op tijd tot inkeer komt en inziet dat er gevaar dreigt. Je past je dus aan ‘de nieuwe situatie’ aan, zal groeien (misschien een heel andere kant op) en weer gezonder en gelukkiger worden. Of kies je er vanuit egoïsche argumenten – angst voor je imago, de toekomst – voor om op de ingeslagen, uiteindelijk doodlopende weg door te gaan?

Besluit je tot het laatste, dan kan je leven nog heel lang vrij probleemloos voortkabbelen.

Je voelt je niet helemaal prettig, je bent niet echt gelukkig (om van innerlijke vrede maar te zwijgen), maar een groot probleem heeft zich (nog) niet ontwikkeld. Naarmate de tijd verstrijkt, zal je echter merken dat het leven zwaarder wordt. En als je de signalen maar lang genoeg negeert, dan grijpt het leven hardhandig in. Het lijkt – en dit kan bijvoorbeeld gebeuren door een burn-out – dan te zeggen: ‘En nu ga je naar me luisteren, we gaan díe kant op en niet langer de kant die jij kiest’. Als het ware word je als een kind door een ouder streng toegesproken. Er is geen keuze meer, het leven maakt die nu voor jou, je móét nu mee, je wordt als het ware aan je haren meegesleept de andere kant op.

Het is uiteraard het beste om dit laatste scenario te voorkomen. Maar ja, dat vraagt wel iets van je. Zoals bewustzijn, wijsheid, zelfliefde, zelfacceptatie, moed. Hoe ver ben jij daar in? Durf jij te antwoorden op de vraag hoe het met je gaat met: ‘Goed: rustig , rustig, rustig.’ Dan houd je vast al van jezelf en heb je jezelf onvoorwaardelijk geaccepteerd. Je hebt de identificatie met hard werken in ieder geval reeds losgelaten. Proficiat!

Veroorzaakt dit antwoord nog pijn, ervaar je nog groepsdruk, schaamte? Dan is jouw conditionering uit je verleden, door je opvoeding of door de omgeving waarin je bent opgegroeid of momenteel werkzaam bent, nog actief. Is dat erg? Nee, realiseer het echter tijdig en probeer je los te maken van deze identificatie, die uiteindelijk altijd pijn gaat opleveren. Lukt dit op tijd, dan ben ook jij binnenkort in staat om te zeggen: ‘Ja, het gaat goed, het is lekker rustig in mijn leven.’

Fred Louter, uit Spiritualiteit in je dagelijks leven deel 2. Bestel het boek.