De hectiek en gekte rond het overlijden van de voetballer Diego Armando Maradona kende eind november 2020 amper grenzen. In heel de wereld werd stilgestaan bij zijn dood, maar met name in Argentinië en het Italiaanse Napels waren mensen massaal in rouw én in tranen. Ondanks dat het verdriet ongetwijfeld authentiek is, zaten er spreekwoordelijk gezegd ook nogal wat (onbewust geplengde) krokodillentranen tussen. Waarom? Omdat de mensen die Maradona tijdens zijn voetbalcarrière, maar zeker ook daarna nog, in het absurde verafgoodden, ongetwijfeld en minimaal voor een deel bij hebben gedragen aan de iets te rappe ondergang van de mens Maradona.

Want: hoe meer adoratie, hoe moeilijker het voor de geadoreerde is om daarmee om te gaan. Met soms dus desastreuze gevolgen. De mensen die nu derhalve in extremis geraakt worden door het heengaan van hun “afgod” Maradona, doen het na zijn dood eigenlijk nog eens dunnetjes over, niet beseffend dat juist dít absurde gedrag heeft bijgedragen aan de ondergang van hun eigen idool. Het is net als met kanker: het gezwel dat zich in de mens nestelt, beseft niet dat het eigenlijk zijn eigen vernietiging bewerkstelligt.

Houtgreep

De mensen die adoreren en de geadoreerde hebben elkaar tijdens hun leven eigenlijk in een soort houtgreep. De geadoreerde persoon geeft zijn fans zoveel elementen (kracht, aanzien, status, plezier, vreugde, (collectieve) identiteit) buiten zichzelf, dat de beeldvorming rond deze persoon soms bijna mythische vormen aan kan nemen. De mensen die adoreren willen hem of haar zien, aanraken, hangen posters op, dragen dezelfde kleding. Kortom: ze identificeren zich met de persoon in kwestie en leggen hun lot voor hun levensgeluk en identiteit vrijwel in handen van de geadoreerde. Gevaarlijk, zowel voor de persoon die iemand adoreert als de geadoreerde.

Waarom? Omdat de mensen die adoreren voor hun geluk en eigen functioneren bijna letterlijk afhankelijk worden van iemand anders, iets buiten zichzelf dus. Omdat iets buiten onszelf altijd tijdelijk is, bestaat de kans dat het uiteindelijk pijn gaat doen en veel lijden op gaat leveren, bijvoorbeeld dus wanneer die persoon niet meer goed kan presteren, aftakelt of zelfs sterft. De illusie van de (tevens door de media) gecreëerde droom stort daarmee in. Ook de ster blijkt ineens niet onsterfelijk en zeker geen god, wat velen na Maradona’s dood beweerden … Nee, hij of zij was achteraf gewoon een persoon dat een bepaald kunstje extreem goed beheerste, waarvoor we natuurlijk wel degelijk bewondering kunnen hebben en waar we absoluut van mogen genieten!

Contrasten

Ook voor de persoon die geadoreerd wordt, is die extreme verafgoding lastig te handelen. Je ziet dat mechanisme vaker ontstaan bij mensen die publiekelijk heel succesvol en charismatisch zijn, zoals bij beroemde filmsterren, zangers, zangeressen, wereldleiders en dus ook voetballers. Wat maakt het zo lastig voor deze mensen? De grootste uitdaging schuilt in het enorme contrast tussen het publieke leven en het ‘echte’ leven. Waar ze tijdens hun succesvolle activiteiten (optredens, wedstrijden), maar ook daarbuiten, altijd worden bejubeld (Maradona was zelfs na zijn dood publiek bezit en kon amper normaal over straat), is de situatie in het gewone leven (thuis, gezin et cetera) anders. Het ego, de onware zelf, is zo gewend om geadoreerd te worden, dat het heel lastig wordt om in het normale leven nog als een gewoon mens door het leven te gaan en normaal te kunnen functioneren.

Tevens bestaat de kans op een crisis over de eigen identiteit. Wie ben ik eigenlijk? Ben ik echt zo’n goed en mooi mens, zoals iedereen mij wil doen geloven? Ben ik misschien wel van hogerhand naar de aarde gezonden vanuit een hoger doel? Wat wil iemand écht van mij? Is die persoon slechts geïnteresseerd in mijn status als beroemdheid of in wie ik écht ben? Ben ik alleen maar de artiest of de rol die ik speel, of ben ik ook maar gewoon één van de honderden miljoenen levensvormen op aarde? Het ego geeft uiteraard de voorkeur aan het eerste, maar in de praktijk is ook een artiest of ster natuurlijk niet meer dan een levensvorm, met daarin aanwezig ‘bewustzijn’. Dat is alles.

Eckhart Tolle

De kans is niet gering dat de geadoreerde het spoor deels of volledig bijster raakt, zeker als deze spiritueel nog vrij onbewust is en volledig geïdentificeerd is met het ego, ofwel de onware zelf. Dat was bij Maradona vrijwel zeker het geval. Hij werd slechts 60 na een zeer turbulent leven, waarin pijn en lijden zeer prominent aanwezig waren. Zijn verslavingen waren legio, de verleidingen te groot. De kleine, in een sloppenwijk opgegroeide Diego betaalde de tol van de roem en kwam niet de juiste mensen op zijn pad tegen die hem konden uitleggen wat er aan de hand was en hoe hij zijn lijden kon verlichten door anders naar zichzelf  en de mensen en gebeurtenissen om hem heen te kijken. Wat had ik hem graag een leraar als Eckhart Tolle gegund. Misschien in een volgend leven …