Voltooid leven. In Nederland woedt momenteel een pittige discussie over het recht om je zogeheten ‘voltooide leven’ te mogen beëindigen. Let wel: het gaat er niet om dat recht op te kunnen eisen wanneer je terminaal bent en ondraaglijk lijdt, dat bestaat namelijk al. Dan heb je na een zorgvuldige procedure reeds recht op euthanasie. Nee, het gaat hier om het recht om te mogen stoppen met leven terwijl je eigenlijk nog niet zo heel veel mankeert. Anders gezegd: je bent 80 jaar oud, ervaart je leven vanuit voornamelijk mentale pijn als voltooid en daarom hoeft het eigenlijk niet meer zo nodig. Terwijl je lichaam misschien nog wel tien jaar mee zou kunnen, zegt je geest eigenlijk min of meer dat het zo wel genoeg is geweest. Je ‘lijdt aan het leven’.
Voor deze mensen is het op dit moment niet mogelijk om op menswaardige wijze, bijvoorbeeld via een laatstewilpil, afscheid te mogen nemen van het leven. De politiek en de samenleving als geheel houden dit vooralsnog tegen. Argumenten die onder meer genoemd worden: er bestaat een gevaar dat mensen met tijdelijke neerslachtigheid te snel besluiten om hun leven te beëindigen, er kan vanwege bepaalde belangen (erfenis, maatschappelijke kosten) druk worden uitgeoefend op mensen om hun leven te beëindigen, maar ook: vanuit religieus oogpunt is het helemaal niet toegestaan om te beslissen over leven en dood. Met andere woorden: daar gaan wij niet over, daar gaat alleen God over.
Voor elk standpunt is wel wat te zeggen, dat maakt deze discussie ook zo ontzettend precair en ingewikkeld. Daarom is het belangrijk dat we respect en begrip op kunnen brengen voor zowel voor- als tegenstanders. Maar wat kunnen we vanuit spiritueel oogpunt met de discussie omtrent een voltooid leven aanvangen? Wanneer ís een leven eigenlijk voltooid? En, misschien wel de belangrijkste vraag van allemaal: wat zou ‘het Leven’ zelf willen?
Allereerst een definitie van een voltooid leven beschreven vanuit een spirituele levensfilosofie: ‘Een voltooid leven bereik je niet door zoveel mogelijk dingen te doen, mee te maken of te bezitten, zowel materieel als immaterieel. Voltooid leven heeft ook niets te maken met de fysieke of mentale pijn die je lijdt, waardoor je eventueel graag je leven zou willen beëindigen voordat de dood op natuurlijke wijze intreedt. Een voltooid leven ‘heb je’ (eigenlijk kan dit niet: je ‘bént leven’) als je de allerbelangrijkste vraag in je leven hebt beantwoord: weten wie en wat je in Essentie werkelijk bent, los van je lichaam: bewustzijn. Pas dán bereik je de diepe innerlijke vrede die hoort bij een zogeheten voltooid leven en kun je in overgave en dankbaarheid transcenderen tot het eeuwige Ongemanifesteerde Ene Leven, waarin dood eenvoudigweg niet bestaat.
Mensen die willen sterven en dit spirituele stadium nog niet hebben bereikt, hebben dus nog géén voltooid leven in spirituele zin van het woord. Is dat wel het geval, dan zou er ruimte kunnen en mogen zijn voor een definitief afscheid. Het Leven zelf is zeer compassievol en liefderijk naar mensen met een spiritueel voltooid leven en is bereid om een levensvorm ‘terug te nemen’. Ware spiritualiteit levert immers nooit lijden op, maar slechts verlichting. Leven is er niet op uit om mensen te laten lijden, tenzij het een hoger doel dient: ontwaken.
Is dát dus gebeurd, zoals beschreven, dan is Leven bereid om mensen de ruimte te geven de tijdelijke vorm te verlaten en terug te keren naar het vormloze bewustzijn. Dan is het doel bereikt en de taak volbracht.